7 Eleven Heaven

Mensen houden van zekerheden: het weer, datzelfde gerecht in hun favoriete restaurant telkens opnieuw, de illusionaire beloften der politici en de honger in Afrika.

Die zekerheden zorgen voor een gevoel van veiligheid, van houvast, van weten wat er morgen komt en nog niet te hoeven sterven. Dit geldt waar dan ook ter wereld, van de Dorpsstraat in Scheldewindeke tot de kleinste Soi* in een Moo Ban** in Thailand.

Toen ik nog in België woonde was het frietkot een waar symbool van zekerheid. Het kleinste plattelandshol had een frietkot. Het aanbod varieerde wel naargelang de regio: ‘mitrailetten’ in Brussel, gerookte paardenworst in Gent en carbonade in Namen. Maar overal friet, zelfs in het holst van de nacht.

(Vele goeie nachtelijke herinneringen heb ik aan ‘Frituur André’, een monument van een frietkot op het stationsplein in het Vlaams-Brabantse Ternat. De herinneringen dateren uit de tijd toen een kot nog een echt ‘kot’ mocht zijn: op wielen, verplaatsbaar en al, inclusief frituurolie van bedenkelijke kwaliteit.)

Vanuit diezelfde universele nood aan zekerheid werd in 1927 in Dallas, Texas, het eerste filiaal geopend van wat later de wereldberoemde 7 Eleven ‘convenience store’ zou worden (de vertaling ‘gemakswinkel’ wens ik niet te gebruiken, om overduidelijke redenen). Geen friet voor de gringo’s, maar wel sausage rolls, ingeblikte baked beans en Budweiser. Een zaligheid te weten dat wanneer en waar dan ook in de States diezelfde producten geconsumeerd konden worden.

Het bedrijf kende ups en downs in zijn groei als multinational en werd eind jaren negentig overgenomen door een Japanse maatschappij, met als resultaat dat overal in Azië 7 Eleven een onvermijdelijk onderdeel van het straatbeeld is geworden. Zelfs China is gezwicht en dat wil wat zeggen.

De vervulling van het universele verlangen naar zekerheid heeft in Thailand alleen al geleid tot 7816 (in 2014) 7 Eleven winkels!

Die overweldigende aanwezigheid moet ongetwijfeld, net als het Belgische frietkot, finaal komaf hebben gemaakt met de fundamentele onzekerheid waarmee de bevolking worstelt. Dat beetje angstige twijfel dat af en toe toch nog de kop opsteekt, daar wordt vakkundig mee omgesprongen via de pragmatiek van het Thaise boeddhisme. Niet verwonderlijk dat Thailand ‘het land van de eeuwige glimlach’ wordt genoemd.

Waar ik woon, een dorp niet ver van Chiang Mai, zijn alleen al in een straal van twee kilometer vier 7 Elevens te vinden.

Het frietkot heb ik zonder probleem ingeruild voor deze convenience stores.

In het diepste donker van de nacht kan ik, als een baken, de groen-rood-witte lichtreclame zien oplichten.

Mijn toekomst is verzekerd, mij kan niets overkomen, want ik woon in 7 Eleven Heaven.

*Soi = Thais voor ‘steeg’

** Moo Ban = gehucht met huizengroep

IMG_0553

Een van de vier 7Elevens in Mae Rim

Deze column werd geschreven in opdracht van ‘Vlamingen in de Wereld’ en is gepubliceerd in de februari-editie van hun magazine.