Waar gaat de hangmat heen?

Twee fietsen, een kayak, boeken (hoewel ik me had voorgenomen om enkel nog e-books te lezen), een aanzienlijk aantal schoenen, twee stoelen en een hangmat. Binnenkort zal het drie jaar geleden zijn dat ik in Thailand letterlijk met twee sportzakken kwam aanwaaien. Verzamelaars zijn we, we houden van gerief. Zelfs iemand als ik die zweert bij het motto ‘L’enfer, c’est le brol.’

Er naakt een verhuis, de ideale oplossing voor het spullenprobleem. Weggeven, weggooien en verkopen. Et voilà!

Het zal niet de eerste keer geweest zijn, een verhuis. Ik heb er intussen al ettelijke op mijn palmares staan. Toegegeven, bij elke verhuis belandt er wel wat residu op de zolder van mijn ouderlijke huis. Mijn moeder heeft de notoire reputatie van niets te kunnen weggooien. Mijn gerief is daar dus in veilige handen, hoewel ik ervan overtuigd ben dat een aanzienlijk deel van het grijze haar van mijn vader te wijten is aan die zolder en de bananendozen die komen en gaan. Sorry, pa. Je bent misschien echter al jaren dozen op een geheime brandstapel achteraan in de tuin aan het opstoken. Ik hoop het voor jou.

Zware criminelen worden somtijds overgeplaatst naar een nieuwe gevangenis, voeten en armen geketend met zwaar metaal. Quentin Tarantino style. Zoiets staat me nu ook te wachten, echter vrij van ketenen, volledig uit vrije wil, vanuit Thailand naar een nog onbekende locatie. De ultieme vrijheid, denkt u. De wereld lonkt, het kan overal heen, van Barcelona tot Zuid-Afrika.

Ik kan me echter niet bevrijden van het aardse bestaan en n’importe où, l’enfer, cela pourrait toujours être les autres, pas seulement le brol. Wat ik maar wil zeggen is, je pakt jezelf altijd mee en mensen zijn mensen, waar ter wereld dan ook.

Maar plekken zijn anders, bergen grilliger, dalen glooiender, rivieren blauwer en de zon scherper.

Van alle brol die ik heb verzameld, neem ik zeker mijn hangmat mee. Zodat ik al liggend en wiegend naar het zwerk kan staren, andere sterrenconstellaties bespeuren, luisteren naar een andere bries en opsnuiven van nieuwe geuren. Daar is geen mens voor nodig.

Deze column werd geschreven in opdracht van Vlamingen in de Wereld en zal verschijnen in de maarteditie van hun tijdschrift.